Vragen en antwoorden
voor klanten van PureWarmte

Op deze pagina vind je als gebruiker van door PureWarmte geleverd warmtepompsysteem antwoord op de meest voorkomende vragen.

Vloerverwarming met een warmtepomp

Werking warmtepomp tijdens koude dagen

Werking warm tapwater

Vloerverwarming met een warmtepomp

Wat je moet weten over vloerverwarming

Er zijn twee soorten vloerverwarming verdelers: met en zonder circulatiepomp.

Gesloten vloerverwarming verdeler

Als er in de vloerverwarming verdeler een circulatiepomp is opgenomen, dan praten we over een gesloten verdeler. Bij deze opstelling is er de vloerverwarming een gesloten watercircuit met een eigen temperatuur regeling. Een circulatiepomp verzorgt het rondpompen van water door de slangen/lussen van de vloerverwarming. Deze circulatiepomp is altijd aangesloten op het stopcontact. Veelal is er een temperatuursensor toegevoegd, die ervoor zorgt, dat de pomp alleen draait als er warm cv-water naar de verdeler stroomt. Met een thermostaatknop wordt de temperatuur van dit watercircuit bepaald, meestal rond 25-35 graden. Het voordeel van deze opstelling is, dat het aanvoerwater van de warmtepomp (Ta) naar de verdeler een hogere temperatuur mag hebben dan de temperatuur van het vloerverwarming watercircuit. Bij het regelen van de watertemperatuur wordt mondjesmaat warm aanvoerwater toegevoegd aan het watercircuit, en stroomt er wat afgekoeld water terug naar de warmtepomp. Bij vloerverwarming staat de thermostaatknop vaak op 30 graden bij mild weer, 35 graden bij gewoon winterweer en 40 graden bij vorst. Deze benodigde temperaturen verschillen per woning, en zijn afhankelijk van de isolatie, de afstand tussen de vloerverwarming lussen in de vloer, de wensen van bewoners en het type afwerkvloer. Bijvoorbeeld houten vloeren kennen vaak een maximale temperatuur in verband met kromtrekken of scheuren., en geven minder goed warmte door van de vloerverwarming.

Open vloerverwarming verdeler

Bij de open vloerverwarming verdeler is er geen circulatiepomp opgenomen in de verdeler. Het warme aanvoerwater wordt vanuit de warmtepomp direct door de vloerverwarming lussen/groepen gepompt. Bij elke groep is een ventiel geplaatst, en vaak ook een debietmeter, die aangeeft hoeveel cv-water door de groep stroomt op een schaal van 0 tot 5 liter per minuut. Welke instelling passend is wordt veelal ingesteld door de installateur. Omdat er geen bijmenging van water plaatsvindt, hoeft er niet onnodig veel warmte geproduceerd te worden, en is dit systeem het meest energiezuinig.

Wanneer welk systeem

Gesloten verdelers werden in het verleden veelal toegepast omdat de aanvoertemperatuur van gasgestookte systemen hoger was dan de benodigde en gewenste temperatuur van de afwerkvloer van de ruimtes met vloerverwarming. Ook nu nog kunnen gesloten systemen een oplossing zijn om in een woning meerdere afgiftetemperaturen te kunnen creëren. Bijvoorbeeld als de begane grond is voorzien van vloerverwarming en de andere verdiepingen over radiatoren beschikken. In dat geval kan het wenselijk zijn de radiatoren een hogere aanvoertemperatuur te geven dan de vloerverwarming.

Als de warmtevraag in de ruimtes zonder vloerverwarming echter laag is of als daar radiatoren zijn vervangen door laagtemperatuur convectoren of eveneens vloerverwarming dan kan de hele woning worden verwarmd met één lage aanvoertemperatuur. In dit geval is de open verdeler de aangewezen oplossing.

Vloerverwarming en koeling met warmtepomp

Door PureWarmte geleverde warmtepompsystemen zijn veelal geschikt voor koeling. Alleen als de verdeler van de vloerverwarming en alle CV-leidingen van RVS of kunststof zijn kan voor de desbetreffende ruimtes van de koelfunctie gebruik worden gemaakt. Koeling via daarvoor geschikte convectoren is ook mogelijk. Besef wel dat koeling met een warmtepompsysteem volstrekt anders is dan koeling middels een aircosysteem. Desgevraagd lichten wij dit graag toe.

Wat is waterzijdig inregelen?

Bijstellen van cv-waterstromen

Onder waterzijdig inregelen verstaan we het bijstellen van cv-waterstromen door radiatoren, convectoren en vloerverwarming, zodat:

  • de radiatoren, convectoren en vloerverwarming hun bedoelde (nominale) warmte afgeven, niet meer en niet minder;
  • de warmtepomp minder starts en stops maakt
  • de installatie niet onnodig geluid maakt;
  • het systeem zuinig en efficiënt werkt

We zorgen dat de instellingen uit het Technisch Ontwerp (TO) behaald worden, zoals de volumestromen, verschil tussen aanvoer- en retourtemperaturen (delta T), ongeregeld volume en ongeregeld debiet. De laatste is belangrijk bij de ontdooicyclus: als het buitendeel is opgevroren en kort gaat ontdooien, dan moet een bepaald minimum liters per minuut cv-water rondgepompt kunnen worden. Dat lukt niet als er teveel radiatoren of vloerverwarming lussen dicht zijn.

Waarom heb ik inregelbare afsluiters nodig?

Bij het waterzijdig inregelen van een cv-waterstroom naar een radiator, convector of vloerverwarming lus, willen we deze waterstroom kunnen instellen. Daarvoor moet op het afsluitventiel een vaste voorinstelling ingesteld kunnen worden. Deze voorinstelling bepaalt hoeveel water er doorheen kan stromen wanneer het ventiel open is. Een thermostaatknop op een radiator of convector, of een actuator op vloerverwaming, bepaalt of het ventiel eronder open of dicht is.

Als op een afsluitventiel een vaste voorinstelling ingesteld kan worden, dan heet het een “inregelbare afsluiter”, afgekort IRA. Bij een IRA zie je vaak een schijf of moer met een schaalverdeling erop, bijvoorbeeld 1-6 of 1-9 en N.

 

Bij een vloerverwarming verdeler is het ventiel meestal te verdraaien, om hiermee de waterstroom te beïnvloeden. Als er een doorzichtig kijkglas met een vlotter is, dan zie je direct het effect van deels dichtdraaien op de afgenomen waterstroom.

Wat moet ik doen als voorbereiding op waterzijdig inregelen?

Om de installatie goed waterzijdig te kunnen inregelen, is het belangrijk dat van tevoren aan het werk wordt gezet.
Bij een Daikin warmtepomp zijn dat de volgende stappen, voor een ander merk vergelijkbaar. Graag 30 min van tevoren aanpassen:
1. Warmwatertank uitzetten: in de Daikin ONECTA App, op de kamerthermostaat (druk op de O knop tot je de tank temperatuur ziet, dan helemaal rechts bovenop de aan/uit knop) of in het warmtepomp hoofdmenu (In Werking > Warmwater > Uit)
2. gewenste kamertemperatuur instellen op >25ᵒC
3. draai alle thermostaatknoppen op alle radiatoren en convectoren op maximale temperatuur (5)
4. draai de knop voor de vloerverwarming mengregeling op 40ᵒC of warme stand.
De warmtepomp gaat langzaamaan flink aan de slag, produceert en verspreidt veel warmte, en de temperaturen van het warme cv-water kunnen goed worden opgemeten.

Is een omkasting van het buitendeel een goed idee?

Wij zijn geen voorstander van omkastingen. Het hele idee van een buitendeel is dat het een warmtewisselaar is, die heel veel buitenlucht laat passeren en er warmte uit haalt. Deze lucht wordt aan de voorzijde afgekoeld uitgeblazen en moet vooral niet opnieuw aan de achterzijde worden aangezogen. Hoe kouder de lucht, hoe harder de warmtepomp moet werken om hier warmte uit te halen en hoe meer elektriciteit deze gebruikt.

Het is daarom de bedoeling dat deze afgekoelde lucht aan de voorzijde gemakkelijk en vrij kan uitblazen, ver weg van het buitendeel. Een omkasting hindert het vrije uitblazen en geeft het risico dat afgekoelde lucht toch weer aan de achterzijde wordt aangezogen.

Als redenen om wel een omkasting te plaatsen worden doorgaans aangevoerd: het vermindert geluid en het is minder lelijk dan een buitendeel.

Het geluid is tegenwoordig bij moderne warmtepompen al veel stiller dan voorheen, en dan bijvoorbeeld airco’s. Ze zijn ontworpen om stil te zijn en werken zoiezo doorgaans niet op volle kracht. De meeste mensen die komen luisteren zeggen “Is dit nou waar we ons druk om maken?”.
Ook de esthetiek van het buitendeel is sterk verbeterd, en veel buitendelen hebben nu een rustige en solide uitstraling die niet misstaat.

Onderwerp

Header 1

Subheader 1

Tekst 1

Onderwerp

Header 1

Subheader 1

Tekst 1

Werking warmtepomp tijdens koude dagen

Ik krijg een storing over de anti-legionella cyclus op mijn warmtepomp

Eenmaal per week voert de warmtepomp de anti-legionella cyclus uit. De inhoud van de warmwatertank wordt dan verhoogd naar 60 graden, en eventueel aanwezige legionella bacteriën worden gedood. Als er tijdens deze cyclus iets niet volgens plan verloopt, geeft de warmtepomp een storing. Bij de Daikin warmtepompen is deze cyclus wat gevoelig geprogrammeerd, en verschijnt de storing ook indien er in de paar uren na het afronden van de cyclus veel warmwater wordt gebruikt.

De oorzaak van deze storing kan zijn:

  • In de meterkast/groepenkast staat de aardlekautomaat voor de backupverwarming uit, en krijgt de backupverwarming geen spanning. Zet deze aan.
  • De grote werkschakelaar bij het warmtepomp binnendeel staat uit, en krijgt de backupverwarming geen spanning. Zet deze aan.
  • Het tijdstip is niet handig geprogrammeerd, en er werd een grote hoeveelheid warm water gebruikt tijdens de anti-legionella cyclus. Stel de starttijd van de cyclus in op een tijdstip, bijv dinsdag 1 uur ’s nachts, waarbij de verwachting is, dat binnen 5 uur na de start niet een grote hoeveelheid warm water wordt gebruikt.
  • De backup verwarming is kapot of verkeerd aangesloten.

Ik krijg een debietstoring op de warmtepomp

Een debietstoring betekent, dat het de warmtepomp niet lukt om op een bepaald moment voldoende liters per minuut warm cv-water rond te pompen. De warmtepomp besluit zelf om de cirulatiepomp harder te laten draaien, maar zelfs dan lukt het niet. Als er niet voldoende liters per minuut kunnen worden rondgepompt, dan kan de opgewekte warmte niet goed aan het cv-water worden meegegeven. Om zichzelf te beschermen, geeft de warmtepomp deze storing en zet zichzelf op pauze.

De oorzaak van deze storing is dat er te weinig radiatoren, convectoren of vloerverwarming lussen open zijn. In het Technisch Ontwerp van PureWarmte staat aangegeven welke elementen minimaal open moeten zijn, om geen debietstoring te krijgen. Zorg dat deze elementen open zijn, en mocht dat toch niet voldoende zijn, open dan een extra radiator of vloerverwarming lus erbij en laat deze open, bijvoorbeeld de handdoekradiatoren en een radiator in de gang.

Met name tijdens de ontdooicyclus van een warmtepomp kan een debietstoring optreden. Bij het ontdooien wordt een flinke hoeveelheid warmte uit het huis door het warmtepomp buitendeel gepompt om het aangevroren rijp te ontdooien. De warmtepomp wil dan een gegarandeerd minimum aantal liters per minuut kunnen rondpompen, bijvoorbeeld 12 l/min (kleinere wp) of 22 l/min (grotere wp).

Storing bij gesloten verdeler

Als het stookseizoen weer begonnen is, zeker als er in de periode ervoor aanpassingen zijn gedaan aan het warmteafgiftesysteem, kan het bij gesloten verdelers soms voorkomen dat deze niet warm (genoeg) wordt, en dus de kamer niet op temperatuur komt. Om erachter te komen wat er aan de hand is moet eerst de oorzaak hiervan worden vastgesteld.

Storing bij gesloten verdeler

In principe zijn er 4 mogelijkheden:

  1. Er is komt niet voldoende warm cv-water vanuit de warmtepomp.
  2. De thermostaatknop op de verdeler staat dicht of is geblokkeerd.
  3. Er zit lucht in de leidingen naar de verdeler toe of in de vloerverwarminglussen zelf.
  4. De circulatiepomp op de verdeler functioneert niet.

Ad 1) Om vast te stellen of de warmtepomp voldoende warm cv-water levert voor de vloerverwarming verdeler, adviseren wij het informatiescherm op het warmtepomp binnendeel te bekijken. Druk eerst op knop huisje en daarna knop vraagteken. Linksboven in het scherm zie je het menu nummer verschijnen (bread-crumb). Ga nu naar menu 8.4 Sensoren (Informatie > Sensoren). Hier noteer je de Vertrekwatertemperatuur, de Watertemperatuur inlaat platenwisselaar en het Debiet. Met deze cijfers bepalen wij het op dat moment door de pomp geproduceerde vermogen.

Als dit vermogen voldoende is om de verdeler te voeden kan die oorzaak worden uitgesloten.

Ad 2) De thermostaatkraan op de vloerverwarmingverdeler hebben we uiteraard al op de maximaal toegestane stand gezet; meestal is dat 40 graden. Om te kijken of dit ventiel vast is gekoekt probeer je de knop te verwijderen, meestal door de borgring linksom te draaien. Doe dit voorzichtig. Als de knop verwijderd is, wordt een pinnetje zichtbaar. Als dat ingedrukt kan worden en het bij loslaten snel weer naar buiten springt, dan is het ventiel in principe in orde.

Ad 3) Om deze mogelijkheid uit te kunnen sluiten, gaan we de vloerverwarming lussen één voor één doorspoelen. Let erop dat een flink afgekoelde vloer er een tijd over doet om op te warmen. Het retourwater uit een lus kan in dat geval eerst een tijd koud blijven, alvorens de temperatuur langzaam toeneemt.

Bij een open verdeler doen we dat als volgt. Vooraf zetten we zoveel mogelijk andere afgiftelichamen (radiatoren, verdeler) dicht, zodat al het warme cv-water naar de vloerverdeler wordt gestuwd. Op de vloerverwarming verdeler draaien we de lussen dicht van rechts naar links. Alleen de meest linker twee lussen laten we helemaal open staan. In die stand laten we die lus 5-10 minuten doorlopen, zodat eventuele lucht eruit kan worden gespoeld. Voel vervolgens bij deze lussen of zowel de aanvoer- als de retourslang warm zijn geworden. Is de retourleiding nu wel warm? Dat geeft hoop. Vervolgens draai je de 3e en 4e lus van links open en de 1e en 2e dicht, en laat je deze twee 5-10 minuten doorspoelen. Ook daarvan controleer je de temperatuur. Dit herhaal je tot alle lussen zijn doorgespoeld. Welke de aanvoer- en welke de retourleiding is kun je voelen: de warmste is de aanvoer.

Bij een gesloten verdeler – met pomp en mengregeling – werkt dit anders, de circulatiepomp spoelt hier de lussen door. Schakel eerst de pomp uit en ontlucht de verdeler. Schakel de pomp weer aan en zet de thermostaatknop op de warmste stand, om het mengventiel maximaal te openen. Draai net als hierboven alle groepen dicht behalve de eerste 2 van links. Zet de pomp in de hoogste stand, zodat deze zo hard mogelijk pompt; misschien heb je hierbij de gebruikershandleiding nodig. Vervolgens analoog aan hierboven. In die stand laten we die lus 5-10 minuten doorlopen, zodat eventuele lucht eruit kan worden gespoeld. Voel vervolgens bij deze lussen of zowel de aanvoer- als de retourslang warm zijn geworden. Is de retourleiding nu wel warm? Dat geeft hoop. Vervolgens draai je de 3e en 4e lus van links open en de 1e en 2e dicht, en laat je deze twee 5-10 minuten doorspoelen. Ook daarvan controleer je de temperatuur. Dit herhaal je tot alle lussen zijn doorgespoeld. Welke de aanvoer- en welke de retourleiding is kun je voelen: de warmste is de aanvoer.

Ad 4) Als mogelijkheden 1, 2 en 3 zijn gecontroleerd en goed bevonden, dan zou de circulatiepomp of de werking ervan kapot kunnen zijn. Controleer of de pomp draait door je oor op het pomphuis te leggen; als de pomp dan zacht zoemt dan draait deze. Als er alsnog geen water wordt rondgepompt en leidingen niet na verloop van tijd warm worden, dan is de werking van de verdeler kapot. Het vervangen van een pomp is vakwerk en dient door een deskundig loodgieter te worden uitgevoerd.

Storing in open verdeler

Als het stookseizoen weer begonnen is, zeker als er in de periode ervoor aanpassingen zijn gedaan aan het warmteafgiftesysteem, kan het bij een open verdelers soms voorkomen dat deze niet warm (genoeg) wordt, en dus de kamer niet op temperatuur komt. Om erachter te komen wat er aan de hand is moet eerst de oorzaak hiervan worden vastgesteld.

Storing bij open verdeler

In principe zijn er 2 mogelijkheden:

  1. Er is komt niet voldoende warm cv-water vanuit de warmtepomp.
  2. Er zit lucht in de leidingen naar de verdeler toe of in de vloerverwarminglussen zelf.

Ad 1) Om vast te stellen of de warmtepomp voldoende warm cv-water levert voor de vloerverwarming verdeler, adviseren wij het informatiescherm op het warmtepomp binnendeel te bekijken. Druk eerst op knop huisje en daarna knop vraagteken. Linksboven in het scherm zie je het menu nummer verschijnen (bread-crumb). Ga nu naar menu 8.4 Sensoren (Informatie > Sensoren). Hier noteer je de Vertrekwatertemperatuur, de Watertemperatuur inlaat platenwisselaar en het Debiet. Met deze cijfers bepalen wij het op dat moment door de pomp geproduceerde vermogen.

Als dit vermogen voldoende is om de verdeler te voeden kan die oorzaak worden uitgesloten.

Ad 2) Om deze mogelijkheid uit te kunnen sluiten, gaan we de vloerverwarming lussen één voor één doorspoelen. Let erop dat een flink afgekoelde vloer er een tijd over doet om op te warmen. Het retourwater uit een lus kan in dat geval eerst een tijd koud blijven, alvorens de temperatuur langzaam toeneemt.

Bij een open verdeler doen we dat als volgt. Vooraf zetten we zoveel mogelijk andere afgiftelichamen (radiatoren, verdeler) dicht, zodat al het warme cv-water naar de vloerverdeler wordt gestuwd. Op de vloerverwarming verdeler draaien we de lussen dicht van rechts naar links. Alleen de meest linker twee lussen laten we helemaal open staan. In die stand laten we die lus 5-10 minuten doorlopen, zodat eventuele lucht eruit kan worden gespoeld. Voel vervolgens bij deze lussen of zowel de aanvoer- als de retourslang warm zijn geworden. Is de retourleiding nu wel warm? Dat geeft hoop. Vervolgens draai je de 3e en 4e lus van links open en de 1e en 2e dicht, en laat je deze twee 5-10 minuten doorspoelen. Ook daarvan controleer je de temperatuur. Dit herhaal je tot alle lussen zijn doorgespoeld. Welke de aanvoer- en welke de retourleiding is kun je voelen: de warmste is de aanvoer.

Het wordt niet warm in mijn woonkamer en keuken

De woonkamer en keuken zijn meestal de belangrijkste delen van de woning om goed te verwarmen. Dit noemen we de hoofdzone en hier plaatsen we de belangrijkste kamerthermostaat. In de hoofdzone geeft normaal gesproken de kamerthermostaat aan de warmtepomp de huidige temperatuur en de doeltemperatuur door. Als de ingestelde temperatuur niet gehaald wordt, dan kunnen er verschillende oorzaken zijn:

  • Radiatoren of vloerverwarming worden niet (voldoende) warm: niet voldoende warm cv-water of niet warm genoeg.
  • Er is meer tijd nodig om de temperatuur te behalen: het huis was koud en doet er een tijd over om op te warmen.
  • Sommige radiatoren zijn dichtgedraaid: in de hoofdzone moeten alle radiatoren altijd helemaal open zijn gedraaid, en eventuele thermostaatknoppen moeten allemaal worden verwijderd. Dit zorgt ervoor dat alle “warmte-afgifte elementen” warmte kunnen afgeven en het voldoende warm wordt. De systeemtemperatuur kan hierbij automatisch zo laag mogelijk worden geregeld door de warmtepomp, waardoor deze zo zuinig mogelijk is.
  • Het huis is niet waterzijdig ingeregeld en boven staan verschillende radiatoren open. Voor beneden is er te weinig cv-waterdruk beschikbaar en de radiatoren ontvangen niet voldoende warm cv-water.
  • De thermostaatknop op de gesloten verdeler van de vloerverwarming staat op een te lage temperatuur ingesteld. Bij de meeste huizen en bij gemiddeld winterweer is 35 graden een passende instelling, soms is hoger nodig, bijvoorbeeld 40 graden, soms is lager voldoende, bijvoorbeeld 30 graden.

Het wordt niet warm in mijn kamer boven

Als de ingestelde temperatuur in een kamer niet gehaald wordt, dan kunnen er verschillende oorzaken zijn:

  • Radiatoren of vloerverwarming worden niet (voldoende) warm: niet voldoende warm cv-water of niet warm genoeg.
  • Er is meer tijd nodig om de temperatuur te behalen: de kamer was koud en doet er een tijd over om op te warmen.
  • De radiator is niet geheel open gedraaid. Een eventuele thermostaatknop moet warmer worden ingesteld.
  • Het ventiel dat water in de radiator toelaat werkt niet goed en is versleten of vastgekoekt: een open/dicht kraan kan niet goed open, of het staafje zit vast en springt niet naar buiten.
  • Het huis is niet waterzijdig ingeregeld en elders staan verschillende radiatoren en/of vloerverwarming open. Voor deze kamer is er te weinig cv-waterdruk beschikbaar en de radiatoren of vloerverwarming ontvangt niet voldoende warm cv-water.

Mijn warmtepomp geeft stoom af en moet hard werken

Bij buitentemperaturen rond het vriespunt en een hoge luchtvochtigheid kan ijsvorming op de warmtewisselaar lamellen van het buitendeel plaatsvinden. De aangevroren damp hindert dan de doorstroming van buitenlucht door de warmtewisselaar. Na een tijd zal het systeem automatisch de werking omdraaien, en kortstondig binnenwarmte door het buitendeel voeren om het ijs te ontdooien. Dat heet de ontdooicyclus. Bij deze omstandigheid moet de warmtepomp meestal wat harder werken. Het verwarmen van de woning wordt even onderbroken en moet even later weer worden ingehaald.

In het stroomverbruik herken je de ontdooicyclus door een dal, gevolgd door een hogere piek. Om het ontdooien zo kort mogelijk te laten duren, zal de warmtepomp op snel warmte van binnen naar het buitendeel brengen. Aan het einde van het ontdooien kan het buitendeel nadampen, dat ziet er uit als witte rook en is heel normaal. Bij hogere of lagere buitentemperaturen en lagere luchtvochtigheid zal de ontdooicyclus weinig voorkomen. In het doorrekenen van het rendement van de warmtepomp over een heel jaar (de zogenaamde SCOP) is rekening gehouden met dit proces.

Mijn radiatoren boven zijn warm, maar beneden niet

Het huis is niet waterzijdig ingeregeld en boven staan verschillende radiatoren open. Voor beneden is er te weinig cv-waterdruk beschikbaar en de radiatoren ontvangen niet voldoende warm cv-water. Wat moet gebeuren is het waterzijdig inregelen, waardoor de cv-waterdruk goed verdeeld wordt over alle “warmte-afgifte elementen”.

Het vriest buiten en ik hoor mijn buitendeel binnen ineens meer

Als het een aantal dagen achter elkaar vriest, dan zal het smeltwater dat vrij komt bij ontdooien van het buitendeel, onder het buitendeel weer opvriezen en een plak ijs gaan vormen. Hierdoor wordt de verbinding tussen de zachte rubber blokken onder het buitendeel, en het dak zelf verhard. In het geval van een houten dak kunnen trillingen van de compressor het dak laten meetrillen, waardoor het geluid ook binnen in huis komt.

In sommige gevallen vriest dit water als een ijspegel omhoog door bijvoorbeeld extra toegevoegde trillingsdempers heen, en zijn de trillingen van de compressor als gezoem binnen hoorbaar.

Het ijs kan voorzichtig worden verwijderd, en smelt zoiezo vanzelf na afloop van de vorstperiode.

Mijn warmtepomp reageert niet of slecht, of laat afwijkende waarden of gedrag zien

Soms komt het voor, dat een warmtepompsysteem niet reageert zoals je gewend bent. Het reageert bijvoorbeeld niet goed op commando’s, de aanvoerwatertemperatuur blijft achter, de app laat vreemde temperaturen zien of is niet uit te lezen, een onverklaarbare storing treedt op… In sommige gevallen kan het helpen de warmtepomp spanningsloos te maken door de werkschakelaar voor het buitendeel naar beneden te halen of de aardlekautomaat van het buitendeel uit te schakelen. Het scherm van de warmtepomp en kamerthermostaat moeten nu op zwart gaan. Een minuut wachten alvorens weer in te schakelen. Na opnieuw opstarten kan de storing of het vreemde gedrag ineens weg zijn en de warmtepomp reageert normaal. Als dit niet zo is, dan is er iets anders aan de hand en is foutanalyse nodig.

Werking warm tapwater

Er komt nu minder heet water uit de douche

Bij oudere douchekoppen komt het geregeld voor, dat het thermostatisch regelelement binnenin door vervuiling met o.a. kalk niet meer goed werkt. Deze komt vast te zitten en kan niet meer goed de mengverhouding tussen heet water uit de warmwatertank en koud water bepalen. Voorheen kreeg de mengkraan heet water van 60 graden uit de cv-ketel aangevoerd, nu krijgt het 50 graden water van de warmwatertank. Er moet dus iets minder koud water bij om een mengtemperatuur van ongeveer 40 graden te krijgen.

Als dit bij jou voorkomt, probeer dan als volgt het thermostatisch regelelement weer los te krijgen. Zet de kraan vol open, wacht tot de douche warm wordt en draai dan afwisselend de temperatuur naar helemaal koud, paar tellen wachten, helemaal naar heet, paar tellen wachten, weer naar koud, en dat zo tien keer. Als je geluk hebt schiet het regelelement weer los en werkt de kraan weer goed. Als dit niet werkt, kun je het regelelement demonteren en schoonmaken; download hiervoor een instructie van de fabrikant. Werkt ook dit niet, dan kun je een nieuwe kraan kopen.

Mijn warmwatertank lijkt niet warm te worden

De warmwatertank van jouw warmtepompsysteem wordt door ons standaard zo geprogrammeerd dat deze 2x per dag wordt opgewarmd. Via de ONECTA App kan dat door jou worden aangepast. Wij stellen de opwarmtemperatuur standaard in op 50ᵒC.

Heb je de indruk dat de temperatuur te laag is? Doe dan de volgende check:

  1. Kijk in je App, door te klikken op <Warmwatertak> en daarna <Planning (Door Gebruiker Gedefinieerd)> en dan op <Planning beheren>, wat het tijdstip is waarop de laatste opwarming plaats heeft moeten vinden. Is de programmering niet ingesteld op 2x per etmaal? Stel dan de default opwarmtijdstippen in van 14.00 uur en 23.00 uur dagelijks.
  2. Check of er na laatste opwarmcyclus wellicht (erg)veel warm tapwater is gebruikt?
  3. Zo niet, wacht dan de eerstvolgende opwarmcyclus af en kijk of de temperatuur op de ingestelde waarde wordt gebracht. Afhankelijk van de grootte van de tank duurt dat tussen 30 en 60 minuten.

Let op! Eens in de week wordt de temperatuur naar 60ᵒC gebracht. Dat is noodzakelijk om legionella tegen te gaan.

Blijft te temperatuur ook na de volgende opwarmcyclus onder de ingestelde waarde of is er telkens sprake van een te lage temperatuur? Wellicht is er sprake van een meetfout. Check daarom of de warmwater temperatuur bij de kraan overeenkomt met de aangegeven waarde in de App.

Blijft het probleem bestaan? Neem dan contact op met de servicepartner waarmee je een service-abonnement hebt afgesloten.